Ei

In de loop van de tijd hebben zich diverse produktiesystemen ontwikkeld:

• De legbatterij

  kippen zitten in kooien, ze worden gevoed via de lopende band, de afvoer van eieren vindt ook plaats via de lopende band. Het traditionele kooisysteem (legbatterij) is per 2012 verboden.

• Scharrelhuisvesting

  Van de alternatieven voor de legbatterij is de scharrelhuisvesting het meest bekend. Maar ook de scharrelkip heeft niet veel bewegingsruimte; er mogen 9 kippen op een vierkante meter worden gehouden!

• Vrije uitloop eieren

  Eieren van kippen die naar buiten kunnen, worden vrije uitloop eieren genoemd. Daarvoor dient de buitenruimte minimaal 2,5 m2 per kip te zijn,  bij 10 m2 per kip heet dat ‘vrije uitloop extensief’. Deze laatste komt niet vaak voor.

• Biologische kippen

  Biologische kippen hebben de meeste ruimte per kip.

De manier waarop kippen worden gehouden heeft weinig invloed op het totale ruimtebeslag van eieren. Het overgrote deel van de ruimte is nodig voor de kippenvoerproductie[1] . De helft van het kippenvoer bestaat uit plantaardige voeding, zoals maïs en zaden. De andere helft van het voer bestaat uit afval uit de zetmeel- en margarine-industrie. Doordat afval wordt hergebruikt is er minder ruimte en energie nodig. De productie van eieren is efficiënter dan die van vlees. Een kilo eieren (gekookt levert 12 microgram vitamine B12) in karton verpakt kost 24 MJ energie, een kilo varkensvlees (gebakken levert 11 mcg B12) 86 MJ,  een kilo rundvlees (gebakken levert 33 mcg B12) heeft 110 MJ nodig. Voor de benodigde ruimte gelden soortgelijke verhoudingen.

Eieren zijn een goede vervanger voor vlees, aangezien ze ook eiwitten, vetten, mineralen en vitamines bevatten.

Hoeveel eieren mag ik per week eten? In eierdooiers zit cholesterol. Cholesterol uit voedingsmiddelen heeft een klein effect op het cholesterolgehalte in het bloed. Daarom adviseert het Voedingscentrum niet meer dan een ei of 3 per week te eten. Bij vegetariërs is een ei of 4 per week geen probleem.

Keurmerken eieren

Er zijn 2 manieren om te zien hoe een ei is geproduceerd

1. De eicode
Het eerste getal van de code op het ei, lees meer >>

• 0 = biologisch
• 1 = vrije uitloop
• 2 = scharel
• 3 = kooi

 2. Keurmerken[2]
De keurmerken gaan vooral over diervriendelijkheid. Meer diervriendelijkheid zou kunnen leiden tot meer energie per ei, die nodig is voor de productie. We zouden wel kunnen nadenken of we in onze beschaving een set van minimale randvoorwaarden nodig hebben voor voedselproductie en dierenwelzijn. Stel je de op elkaar pikkende scharrelkippen eens voor -negen stuks op een vierkante meter- die in feite een levende productielijn vormen.

1. Demeter (biologisch-dynamisch, natuurlijk gedrag van dieren staat centraal, uitloop minstens 4 meter per kip)
2. Biologisch/EKO (biologisch, uitloop minstens 4 meter per kip)
3. Beter Leven Kenmerk Dierenbescherming met één ster (binnen 7,5 kip per m², uitloop minstens 2,5 meter per kip en altijd toegankelijk)
4. Graskeurmerk/ scharreleieren met vrije uitloop (binnen 7,5 kip per m², uitloop minstens 2,5 meter per kip)
5. Scharreleieren (daglicht door de ramen-dahhaha-, binnen 9 kip per m², geen uitloop naar buiten)

[1] GroenKookboek, Gerbens-Leenes, 2000
[2] Milieu Centraal heeft de rangorde aangebracht, van meest naar minst diervriendelijk (ten opzichte van eieren die alleen aan de wettelijke eisen voldoen)